Vorige week hebben we een soortgelijk grafiekje gezien voor alleen zon en wind. Dit keer zijn er een paar dingen gewijzigd:
1. Niet-genormaliseerde opbrengst weergegeven,
2. Een trendlijn toegevoegd,
3. Jaren 90 toegevoegd,
4. Waterkracht toegevoegd,
Met name punt 1 is interessant omdat we nu een beter beeld krijgen van de variabiliteit van de opbrengst. De vorige grafiek betrof de genormaliseerde opbrengst, wat wil zeggen dat een gemiddelde capaciteit wordt meegewogen. Dat is een aanpassing volgens een Europese richtlijn om het effect van weersomstandigheden te minimaliseren. Dit wordt waarschijnlijk gedaan om vergelijkende cijfers stabiel te houden.
Bovenstaande grafiek geeft echter de directe opbrengst weer en toont een duidelijke variabiliteit in de totaalproductie. Zo is goed te zien dat het jaar 2010 bijvoorbeeld een beduidend lagere wind opbrengst had. De trendlijn geeft een gewogen gemiddelde voor de totaalopbrengst van de 5 dichtstbijzijnde jaren.
Jaren 90 en waterkracht
Het toevoegen van de jaren 90 laat zien dat we op dat moment vooral wind ontwikkelen. Bovendien kun je goed de versnelde groei zien als gevolg van subsidieregelingen. Interessant genoeg wekten we toen ook al elektriciteit uit waterkracht op, maar zien we daar verder totaal geen ontwikkeling in. Tot op heden is het aantal waterkracht installaties blijkbaar gegroeid van 5 naar 7, maar dat doet grosso modo helemaal niets voor de minimale opbrengst.
Dit is voor Nederland Waterland uiteraard een gemiste kans. We dienen daar echt veel harder op in te zetten door innovaties te stimuleren, kennis uit te dragen, en een voortrekkersrol te nemen. Ik zou willen pleiten voor het reserveren van subsidiebudget voor verschillende opwekcategorieën om zo niet alleen een meer gebalanceerde verdeling te krijgen voor een uiteindelijke energiemix, maar daarmee ook aanvragen voor innovatieve (maar niet noodzakelijk rendabele) projecten binnen een categorie te stimuleren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten